Tussenresultaten Monitor- en IMAGE onderzoek – ECHA2022

Tussenresultaten Monitor- en IMAGE onderzoek

Vrijwel alle samenwerkingsverbanden ontvangen subsidie waarmee het aanbod en de begeleiding van begaafde leerlingen verbeterd kan worden. Een belangrijk onderdeel van deze subsidie zijn de kennisdelingsactiviteiten, zowel in de eigen regio met alle relevante betrokkenen als op bovenregionaal en landelijk niveau. Via het Monitor- en IMAGE onderzoek wordt de voortgang van gesubsidieerde projecten gemonitord en worden tussentijdse inzichten verkregen.

Het National Talent Centre of the Netherlands (NTCN) is samen met CBO Talent Development en de andere IMAGE consortiumpartners verantwoordelijk voor de kennisbenutting. Tijdens het Nederlandstalige Programma van de ECHA2022 Conferentie die NTCN deze zomer in Den Haag organiseerde, zijn diverse sessies gehouden, waarin de (tussen)resultaten van de lopende onderzoeken zijn gedeeld.  

Van subsidieplan naar uitvoering: monitor subsidieregeling begaafde leerlingen in het primair en voortgezet onderwijs

Door Marjolein Bomhof en Anke Suijkerbuijk (Oberon)

Sinds 2019 krijgen samenwerkingsverbanden passend onderwijs in het primair en voortgezet onderwijs subsidie om het onderwijs- en ondersteuningsaanbod voor begaafde leerlingen uit te breiden. De monitor brengt de subsidiebesteding en veranderingen hierin in kaart. Samenwerkingsverbanden krijgen jaarlijks en scholen tweejaarlijks een vragenlijst. In de eerste meting 2019-2020 waren regio’s nog vooral aan het voorbereiden. In de tweede meting 2020-2021 werd de focus verlegd naar de uitvoering van activiteiten, wel soms aangepast aan corona-omstandigheden. De derde meting 2021-2022 laat zien hoe het aanbod verder is verbeterd.

De subsidie wordt uitgegeven aan o.a. plusvoorzieningen, onderwijszorgarrangementen, begeleiding van leerlingen maar ook aan kennisdeling en professionalisering onder professionals. De monitor geeft een beeld van hoe regio’s de subsidie uitgeven. Na een presentatie over de belangrijkste uitkomsten uit de monitor werd aan de hand van citaten van scholen en samenwerkingsverbanden het gesprek aangegaan met het publiek over knelpunten en succesfactoren in het implementeren van onderwijsvernieuwingen voor begaafde leerlingen.

Marjolein Bomhof werkt vanaf 2015 bij Oberon als onderzoeker en projectleider. Haar expertise zit in het continuüm van onderwijs-ondersteuning-zorg en thema’s rondom kwaliteit van onderwijs en passend onderwijs. Zo doet ze onderzoek naar de aansluiting onderwijs-jeugdhulp en zorg in onderwijstijd. Hierbij voert ze regelmatig onderzoek uit naar specifieke doelgroepen zoals kinderen met ernstige dyslexie, kinderen met kenmerken van (hoog)begaafdheid en schooluitvallers. Als projectleider stuurt ze het 4-jarige monitoronderzoek aan over de subsidie voor leerlingen met kenmerken van (hoog)begaafdheid.

Anke Suijkerbuijk werkt sinds 2018 bij Oberon als onderzoeker aan verschillende kwalitatieve en kwantitatieve onderzoeken en projecten. Anke werkt veel aan thema’s als passend onderwijs, de aansluiting onderwijs-zorg en voorschoolse educatie. Ze is al sinds het begin bij de monitor (hoog)begaafdheid betrokken geweest.

Impact op begaafde leerlingen en professionalisering

Door Marjolijn van Weerdenburg (Radboud Universiteit/ RATiO), Djoerd de Graaf (SEO), Harriët Prins (SEO), Anouke Bakx (Radboud Universiteit) en Melissa in ’t Zandt (Expertisecentrum Nederlands)

Het landelijke onderzoek ‘IMpact of Activities in Gifted Education’ (IMAGE) brengt in kaart wat de impact is van de activiteiten die uitgevoerd worden om het onderwijs aan begaafde leerlingen te verbeteren in het kader van de OCW-subsidieregeling ‘Begaafde leerlingen in primair en voortgezet onderwijs’. Centraal staan de vragen: Wat werkt? En waardoor werkt het? IMAGE bestaat uit meerdere deelstudies en projectleider Marjolijn van Weerdenburg geeft kort een schets hiervan.

In de IMAGE-deelstudie gericht op de leerlingen met begaafdheidskenmerken aan bod, gingen onderzoekers Djoerd de Graaf en Harriët Prins in op vragen als:

  • Welke onderwijsaanpassingen bieden scholen voor welke leerlingen?
  • En hoe beoordelen leerlingen deze onderwijsaanpassingen?

Eerst gaven ze een sneak preview van de resultaten. Deze resultaten zijn gebaseerd op antwoorden van leerlingen en begaafdheidscoördinatoren van tientallen scholen in voortgezet en primair onderwijs. Vervolgens gingen Djoerd en Harriët in gesprek met de aanwezigen. Herkennen de aanwezigen de resultaten? Welke vragen zouden zij de onderzoekers mee willen geven voor de resterende jaren van het IMAGE-onderzoek?

In de IMAGE-deelstudie gericht op professionalisering zijn Anouke Bakx en Melissa in ’t Zandt tijdens een interactieve workshop van een half uur ingegaan op de zin en onzin van professionalisering op het terrein van hoogbegaafdheid. Professionaliseringsvormen verschillen van elkaar. Wat werkt en wat niet? En hoe kun je slim kiezen voor professionaliseringsactiviteiten waar je écht iets aan hebt?

In deze workshop ontmoetten praktijk en wetenschap elkaar en werd ook een literatuurstudie over kenmerken van professionalisering kort toegelicht. Samen werd besproken wat effectief is en welke factoren de effectiviteit belemmeren. Scholen kunnen hiermee meer ‘evidence-informed’ keuzes te maken voor professionalisering op het terrein van (hoog)begaafdheid.

Marjolijn van Weerdenburg is projectleider van IMAGE. Ze is als onderzoeker en docent verbonden de Radboud Universiteit. Ze is lid van het Behavioural Science Institute en het expertisecentrum Radboud Talent in Ontwikkeling (RATiO). Ze geeft les in de opleiding Pedagogische Wetenschappen en in de Radboud International Training on High Ability (RITHA). Haar onderzoek richt zich op effecten van onderwijsinterventies voor (hoog)begaafde leerlingen en de rol van cognitie, geheugen en taal in leerprocessen.

Djoerd de Graaf is hoofd van het cluster Onderwijs bij SEO Economisch Onderzoek. Djoerd is de afgelopen 25 jaar bij meerdere werkgevers in dienst geweest en heeft op het snijvlak van wetenschap en beleid verschillende functies bekleed. Hij is coördinator van de IMAGE-deelstudie leerlingenonderzoek en doet, gefinancierd door een andere NRO-subsidie, onderzoek naar de langetermijneffecten van onderwijsaanpassingen voor leerlingen met begaafdheidskenmerken.

Harriët Prins is werkzaam als onderzoeker bij het cluster Onderwijs van SEO Economisch Onderzoek. Harriët heeft zowel de master International Economics als de master Staats- en Bestuursrecht behaald. Tijdens haar studie heeft zij een aantal maanden in Zweden gestudeerd, aan Örebro University en Umeå University. Bij SEO werkt ze aan verschillende onderwijsprojecten, waaronder de IMAGE-deelstudie leerlingenonderzoek.

Anouke Bakx is bijzonder hoogleraar Begaafdheid aan de Radboud universiteit en lector Goed leraarschap, goed leiderschap aan Fontys hogescholen. Zij richt zich op docentprofessionalisering passend onderwijs voor (hoog)begaafde leerlingen. Ze is initiatiefnemer van de POINT-werkplaatsen en medeoprichter van het Wetenschappelijk Expertisecentrum RATIO. Binnen het IMAGE-project coördineert zij de studie naar de impact van docentprofessionalisering op het terrein van begaafdheidsonderwijs.

Melissa in ’t Zandt is als junior onderzoeker van het Expertisecentrum Nederlands betrokken bij IMAGE. Ze heeft in 2018 de Bachelor Pedagogische Wetenschappen en in 2020 de Research Master Behavioural Science aan de Radboud Universiteit afgerond. Bij het Expertisecentrum Nederlands werkt ze in verschillende onderzoeken omtrent leesonderwijs in het primair en voortgezet onderwijs. Binnen IMAGE is ze betrokken bij het leerlingenonderzoek en de deelstudie over professionalisering.

Impact op samenwerking binnen onderwijs en op rol van omgeving rondom begaafde leerling

Door Eveline Schoevers (Oberon), Annabel Vaessen (Kohnstamm Instituut) en Jessica Vergeer (Radboud Universiteit)

Eén van de IMAGE-deelstudies richt zich op samenwerking rondom (hoog)begaafdheid. In veel gevallen krijgen begaafde leerlingen nog niet de ondersteuning en uitdaging die ze nodig hebben. Dit kan te maken hebben met samenwerking binnen het onderwijs én met de samenwerking tussen externe partijen (zoals kinderopvang en jeugdhulp) en het onderwijs. Eveline Schoevers en Annabel Vaessen presenteerden de eerste resultaten van een onderzoek over deze verschillende typen samenwerking.

Er is onderzocht hoe deze eruit ziet en welke werkzame factoren en condities gelden voor een effectieve samenwerking binnen samenwerkingsverbanden. Er zijn individuele interviews en groepsinterviews gehouden allerlei betrokkenen op beleidsniveau binnen de samenwerkingsverbanden. Ook is er een vragenlijst afgenomen onder scholen, jeugdzorg- en kinderopvangorganisaties. De resultaten zouden een beter beeld kunnen geven van de manier waarop regio’s samenwerking vormgeven en inzicht in de manier waarop samenwerking rondom (hoog)begaafdheid verbeterd kan worden.

Een andere IMAGE-deelstudie heet ‘Interactieonderzoek’. In dit onderzoek richt Jessica Vergeer zich op de omgeving, ofwel het systeem rondom de leerling. In dat systeem zijn actoren aanwezig op het gebied van onderwijs (zoals leraren), beleid (zoals team- en schoolleiders) en familie (zoals ouders/verzorgers). Deze actoren rondom de leerling hebben in meer of mindere mate interactie met elkaar. Soms is die interactie succesvol en soms minder succesvol. Dit onderzoek focust op de impact van deze omgevings(f)actoren op onderwijsinterventies voor begaafde leerlingen. Het is aannemelijk dat het succes van deze interventies afhangt van de betrokkenheid van verschillende omgevings(f)actoren in het systeem om de leerling heen.

Jessica heeft de eerste resultaten gepresenteerd en is in gesprek gegaan met de aanwezigen over deze resultaten. Met als doel om gezamenlijk meer inzicht te krijgen in onderliggende werkmechanismes (Wat werkt?) en condities (Waardoor?) van onderwijsinterventies voor begaafde leerlingen.

Eveline Schoevers is onderzoeker-adviseur bij Oberon en vandaar uit werkzaam als coördinator van de IMAGE-deelstudie ‘Samenwerking rondom (hoog)begaafdheid’. Na een bachelor Pedagogische Wetenschappen en een researchmaster Onderwijswetenschappen aan de Universiteit Utrecht is zij daar ook gepromoveerd op een praktijkgericht onderzoeksproject ‘Meetkunst’ naar het integreren van reken-wiskunde- en kunstonderwijs en het bevorderen van creativiteit van leerlingen in het basisonderwijs. Eveline is ook betrokken bij de uitvoering van het Monitoronderzoek in het kader van de subsidieregeling (hoog)begaafdheid in passend onderwijs.

Annabel Vaessen is als junior onderzoeker bij het Kohnstamm Instituut werkzaam op de IMAGE-deelstudies ‘Leerlingenonderzoek’ en ‘Samenwerking rondom (hoog)begaafdheid’ . In 2019 heeft ze een master Onderwijswetenschappen cum laude behaald aan de Universiteit van Amsterdam. Ze is op dit moment betrokken bij onderzoek naar passend onderwijs (de evaluatie van de Wet passend onderwijs en IMAGE), naar burgerschapscompetenties van Nederlandse leerlingen en naar het bevorderen van kansengelijkheid in het mbo-hbo en in het po-vo bij de gemeente Amsterdam.

Jessica Vergeer werkt als PhD-kandidaat bij het Behavioural Science Institute (BSI) van de Radboud Universiteit Nijmegen op de IMAGE-deelstudie Interactieonderzoek. Voordat Jessica hiermee startte, heeft ze de Academische Lerarenopleiding Primair Onderwijs afgerond in Nijmegen. Ook heeft zij de master Developmental Cognitive Neuroscience aan de University of York behaald. Naast dat zij heeft gewerkt als leerkracht in het primair (begaafden)onderwijs, heeft zij gewerkt als junior onderzoeker bij het Developmental Social Neuroscience lab van de University of York en bij de Baby Brain and Behavior Group van de Tilburg University.

Comments are closed